Definitie: een apparaat voor warmwatervoorziening, gebaseerd op een warmwaterboiler met een elektrisch verwarmingselement.
Een elektrische boiler is een apparaat voor het leveren van warm water. Het bestaat uit een thermisch geïsoleerde warmwatertank met een elektrisch verwarmingselement, meestal een verwarmingsstaaf in het onderste gedeelte.
Elektrische boilers zijn verkrijgbaar in verschillende uitvoeringen.
- Klein geheugen met z. B. Onder fonteinen wordt vaak een inhoud van 5 tot 10 liter gebruikt.
- Aanzienlijk groter geheugen met z. B. 80 liter is ook voldoende om een badkuip te vullen.
Ze kunnen ook worden verwarmd met goedkopere nachtstroom. In de kelders van eengezinswoningen en meergezinswoningen, vaak in de stookruimte, worden zelfs grotere opslagtanks met meestal enkele honderden of zelfs duizenden liters geïnstalleerd. De verwarming is dan meestal alleen met nachtstroom. Bivalente verwarming Bivalent verwarmen is ook mogelijk, d.w.z. verwarmen met twee warmtebronnen.
In de zomer vindt de verwarming plaats via een warmtewisselaar met zonnecollector, maar bij onvoldoende zonnestraling via het elektrische verwarmingselement. In het stookseizoen vindt de verwarming plaats via een warmtewisselaar met een ketel, in de zomer wordt deze elektrisch verwarmd om de hoge stand-byverliezen van de ketel te vermijden. Ecologische en economische aspecten Zelfs als er nachtstroom wordt gebruikt, is een elektrische boiler ecologisch niet goedkoop. Met zeer kleine hoeveelheden water kan het echter een verstandige oplossing zijn. De standby-verliezen moeten echter zorgvuldig worden geminimaliseerd. Het gebruik van waardevolle elektrische energie voor de productie van lagetemperatuurwarmte is twijfelachtig vanuit het oogpunt van energie-efficiëntie. Zelfs als de elektrische energie wordt geproduceerd in een bijzonder efficiënte gecombineerde energiecentrale, is het verbruik van aardgas (en dus ook de CO2-uitstoot) ongeveer twee keer zo hoog als bij het gebruik van een condensatieketel op gas.
Het lage rendement wordt ook weerspiegeld in hogere bedrijfskosten. Het gebruik van goedkope nachtstroom verkleint dit probleem, uiteraard zonder noemenswaardige gevolgen voor de ecologische nadelen. De stand-byverliezen van warmwaterboilers zijn aanzienlijk, zelfs bij een goede thermische isolatie. Bij centrale elektrische ketels (in de kelder) leidt dit vaak tot een verlies van meer dan één kilowattuur per dag, wat overeenkomt met een vermogen van meer dan 40 W. Als er meerdere decentrale elektrische ketels worden gebruikt, zijn de verliezen nog groter.
Door een elektrische boiler te vervangen door een voorraadboiler die is aangesloten op een verwarmingswarmtepomp of een speciale tapwaterwarmtepomp, wordt veel elektrische energie bespaard. Een andere mogelijkheid is om een elektrische boiler achteraf uit te rusten met een warmtewisselaar en een zonnecollector aan te sluiten.
In sommige gevallen kan het gebruik van een elektrische boiler (of een doorstroomverwarmer) echter economisch en ecologisch zinvol zijn. Dit geldt bijvoorbeeld voor een fontein die te ver van een centrale warmwatervoorziening staat, zeker als er vaak kleine hoeveelheden worden afgetapt. Het lage rendement van de elektrische verwarming kan dan ruimschoots worden gecompenseerd door de vermeden leidingverliezen, met name als een warmwatercirculatiesysteem kan worden weggelaten vanwege de waterverwarming dicht bij de verbruiker. De onderhoudskosten van decentrale ketels voor incidentele ontkalking kunnen het economisch evenwicht echter weer onder druk zetten. Als de benodigde hoeveelheden water echter klein zijn, is dit aspect van weinig belang.
Meer informatie,prijzen, en dergelijke, kun je vinden op www.eletrische boilers.nl.